Project: Restauratie en verbouw turfstrooiselfabriek.
De turfstrooiselfabriek op het Amsterdamse veld is een typisch voorbeeld van industrieel erfgoed. De fabriek was door het smalspoormuseum ingericht als eenvoudig museum waarbij het productieproces op een educatieve en leuke wijze werd weergegeven. De restauratie en verbouw van de fabriek is onderdeel van een groot project waarbij het smalspoormuseum een nieuw entreegebouw krijgt elders op het terrein. De fabriek is gedeeltelijk museum gebleven en het overige deel is verbouwd tot zalencentrum. Mijn opdracht was het volledig restaureren van de fabriek met houten aanbouw en overkapping over het spoor evenals het restaureren van de nabij gelegen remise. Het te verbouwen gedeelte van de fabriek moest een functioneel gebouw worden met zoveel mogelijk zaaloppervlak. De in het pand later aangebrachte betonconstructie met trappen en verdiepingsvloeren vormde gezien de te geringe verdiepingshoogte een probleem in het nieuwe ontwerp en moest volledig gesloopt worden. De nieuw ingebrachte constructie is uitgevoerd in gelamineerd vuren met houten verdiepingsvloeren. Een betonconstructie of staalconstructie was bijna niet in het pand te brengen aangezien de buitengevels en brandmuren gehandhaafd bleven. De ramen zitten op diverse hoogtes in de gevel en zijn vrij gehouden van de vloeren door het toepassen van koven. Op de verdieping erboven kan de koof als zitelement gebruikt worden door de vloerbedekking door te leggen. De houten aanbouw boven het water is volledig gerestaureerd; de houten wanden moesten volledig vervangen worden. Alle staalconstructies zijn behouden; ontroest, behandeld en in een zelfde grijstint geschilderd. Uitgangspunt binnen het ontwerp is het industriële karakter van de fabriek. De trap is van gegalvaniseerd staal; de gelamineerde constructie en leidingwerk zijn in het zicht gehouden. In de houten aanbouw over het water vang je door de hoge lichtsleuven steeds een glimp van het kanaal op, waarvan het langgerekte karakter op deze wijze wordt versterkt. De aan- en afvoer van turf via het kanaal en het smalspoor zijn uitgangspunt geworden voor het ontwerp. Het publiek wordt het gebouw via een lange hellingbaan aan de buitenzijde van het pand op de eerste verdieping binnen geleid. Dit is ook het niveau van de houten aanbouw over het water en vormt het centrum van het gebouw.